Dick de Ridder, Ph.D.

“Motiveer mensen om moeilijke vragen niet uit de weg te gaan.”

Bioinformatics Group, Plant Sciences Group, Wageningen University

1. Wat is het leidende onderzoeksthema in uw groep?
   “Het ontwikkelen van algoritmes waarmee we biologische data kunnen integreren met bestaande biologische kennis om voorspellende modellen te bouwen, die op hun beurt biologen helpen. Bijvoorbeeld het gebruiken van data over eiwitsequentie en -functie om eiwit-eiwitinteracties te voorspellen, wat helpt om biologische netwerken te begrijpen. Onze biologische toepassing ligt momenteel vooral in de plantwetenschappen. Hier richten we ons op gewassen die relevant zijn voor de landbouw, met name groenten en fruit. We willen begrijpen hoe hun smaak en uiterlijk worden bepaald op genetisch en moleculair niveau. Zeer vergelijkbare vragen zijn echter relevant voor dier-, voedings- en voedingswetenschappen. Het begrijpen van genotype-fenotyperelaties is erg belangrijk voor de veredelingsindustrie. Werken met planten en dieren is een nieuwe uitdaging voor mij en het brengt een nieuwe reeks beperkingen met zich mee. We weten veel minder over planten en dieren, vergeleken met de microben waar ik eerder aan werkte.”
2. Met welke groepen of organisaties werkt u het meest samen en waarom?
   “We zitten nog in de opstartfase van onze groep, dus we hebben op dit moment nog geen uitgebreid netwerk. Maar we gaan natuurlijk samenwerken met onze collega’s van de Plant Sciences Group en de Graduate School of Experimental Plant Sciences, en ook met die van Animal Sciences en Agrotechnology & Food Sciences. Er zijn ook nauwe banden met de activiteiten van Plant Research International (PRI) en het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO), beide hier in Wageningen. Bedrijven die actief zijn in de veredelingsindustrie zijn ook potentiële toekomstige partners.”
3. Wat zijn vanuit uw onderzoeksperspectief de belangrijkste uitdagingen in de bioinformatica op dit moment?
   “Een uitdaging op de korte termijn is het vinden van een manier om op de meest efficiënte manier door de hoeveelheid sequentiegegevens te werken om de relevante informatie te identificeren. Het ontwikkelen van adequate algoritmen voor datamining is hierbij cruciaal. Op de lange termijn is een grote uitdaging om van een beschrijvende benadering van data-integratie over te stappen naar een niveau waarop we daadwerkelijk de benodigde experimenten kunnen voorspellen om een ​​bepaald doel te bereiken.”
4. Wat is de belangrijkste taak van een groepsleider?

“Mensen motiveren en stimuleren om een ​​uitdaging aan te gaan, om de moeilijke vragen niet uit de weg te gaan. Ook het coachen van de vaste staf in hun professionele ontwikkeling is een verantwoordelijkheid van een groepsleider.”

5. Hoe zou je de sfeer in je groep omschrijven?
   “Ik moet zeggen dat de sfeer vergelijkbaar is met wat ik gewend was in Delft. Mensen zijn open-minded en enthousiast over hun onderzoek.”

Tekst Esther Thole.